Het College voert een kwaliteitscontrole uit, minstens om de drie jaar, voor bedrijfsrevisoren die de controle uitvoeren van één of meerdere organisaties van openbaar belang die op individuele basis meer dan één van de criteria overschrijden als bedoeld in het artikel 1:26 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (OOB-bedrijfsrevisoren).
Een organisatie van openbaar belang wordt gedefinieerd in artikel 1:12 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen als “genoteerde vennootschappen waarvan de aandelen, winstbewijzen of de certificaten die betrekking hebben op deze aandelen zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, de vennootschappen waarvan de effecten als bedoeld in artikel 2, 31°, b) en c), van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, de kredietinstellingen, de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de vereffeningsinstellingen en de met vereffeningsinstellingen gelijkgestelde instellingen”.
Voor de lijst OOB-bedrijfsrevisoren(kantoren): klik hier
De kwaliteitscontroles van OOB-bedrijfsrevisoren worden uitgevoerd door het Centraal Inspectieteam van de FSMA, met mogelijke ondersteuning van de externe inspecteurs die na een overheidsopdracht weerhouden werden. Het College kan één of meer inspecteurs aanstellen om de kwaliteitsbeoordeling uit te voeren.
De inspecteurs voeren de kwaliteitscontrole uit volgens de door het College vastgelegde methodologie. Voor de kwaliteitscontroles van OOB-bedrijfsrevisoren maken de door het College aangestelde inspecteurs gebruik van inspectieprogramma’s. De inspectieprogramma’s zijn aangepast en gestructureerd in lijn met de Common Audit Inspection Methodology (CAIM), die bij de leden van het CEAOB steeds bredere ingang vindt.